Begin november en in het beschutte hoekje van de tuin zorgt de laaghangende zon voor zomerse waarden. Ik doe Juliƫtte een poncho om en zet haar in het zonnetje. Ze houdt het vijf minuten uit: koud. Binnen wil ze in haar vaste hoekje zitten. Ik schuif de fauteuil iets aan de kant ('Voeten omhoog') zodat ik verder kan gaan met decoreren. Een grijze krans van dorre takjes krijgt witte opsmuk van gipskruid. Het gipskruid dat deel uitmaakt van het wekelijkse rozenboeketje dat ze van haar man krijgt, drogen we sinds weken. Tijdens de finishing touch - nog een takje hier, nog een takje daar - dwarrelen de minuscule witte bloempjes naar benee. Juliette heft sacraal haar handen. Opgetogen en met de verwondering van een kind zegt ze: 'Kijk, het sneeuwt! En ik heb het warm.' Ik haal handveger en blik om het gevallen drooggoed op te vegen. Juliette: 'Goed zo, want als de sneeuw ontdooit wordt het een kliederboel.'
Een Saar snapt wat nodig is!