De huiskapel zorgt die bewuste avond weer voor een gezellig muziekfestijn. Q. heeft al vanaf 's middags bezoek en de bekabeling in zijn hoofd is tegen aanvangstijd dichtgeslibd. Hij zoekt automatisch een acherafplekje. Immer vrolijke vriendin M. die elke week speciaal voor hem de ontberingen van de regiotaxi doorstaat, probeert hem op te fleuren, maar Q. keert in zichzelf. M. maakt er het beste van; gelijk heeft ze. Maar naar Q's zin amuseert ze zich te best.
Later liegt Pappi's geheugen hem voor. Had hij haar daar zien lonken naar een andere man? En hield ze niet te lang de hand vast van haar buurman die toevallig in een ver verleden ook haar buurman was? Q.'s fantasie slaat danig op hol: de buurman wordt een vroegere vrijer die weer verkering zoekt, en de hand laat zich raden. De echte versie strookt geenszins met wat pappi ervan maakt. Eerst moest ik om het verzonnen voorval lachen, maar dat sloeg om toen pappi maar bleef informeren naar de ingebeelde concurrent. Na een goed gesprek tijdens een hoofdmassage sluiten we op mijn verzoek het belachelijke thema.
'Alles goed?' vraag ik als ik hem voor mijn vertrek stevig knuffel. 'Alles goed', is zijn antwoord. Thuis zie ik op de nummermelder dat hij alweer heeft gebeld. Het voorval is vergeten, maar nu heeft hij mijn overleden moeder in de kamer gezien, meent hij dat hij moet verhuizen, kan hij het in onbruik geraakte spaarbankboekje en de nu gedigitaliseerde telefoongids niet vinden, heeft hij een zogenaamde afspraak bij ziekenhuis, zijn de niet bestaande autosleutels kwijt en begrijpt hij niet dat hij daar blijft slapen waar hij al bijna twee jaar slaapt. Gelukkig nemen de twee verpleegkundigen M. en G. hem van me over. Die nacht blijft het rustig.
'Alles goed?' vraag ik als ik hem voor mijn vertrek stevig knuffel. 'Alles goed', is zijn antwoord. Thuis zie ik op de nummermelder dat hij alweer heeft gebeld. Het voorval is vergeten, maar nu heeft hij mijn overleden moeder in de kamer gezien, meent hij dat hij moet verhuizen, kan hij het in onbruik geraakte spaarbankboekje en de nu gedigitaliseerde telefoongids niet vinden, heeft hij een zogenaamde afspraak bij ziekenhuis, zijn de niet bestaande autosleutels kwijt en begrijpt hij niet dat hij daar blijft slapen waar hij al bijna twee jaar slaapt. Gelukkig nemen de twee verpleegkundigen M. en G. hem van me over. Die nacht blijft het rustig.
Vijf dagen, zo'n 25 dag- en nachttelefoontjes en drie kamergesprekken lang zuurpruimt en maalt hij. Ik ben helemaal klaar met die misplaatste verbolgenheid. Hier moet iemand even (zachtjes) op zijn nummer gezet worden. Pappi ziet in dat hij zichzelf onterecht in het verdomhoekje heeft gezet en zegt dat hij blij is dat ik zijn toetssteen ben. Ook al wordt zijn gedrag deels gestuurd door de dementie, wil dat niet zeggen dat we het volledig misplaatste jaloerse gedrag moeten toleren. De onterecht van 'overspel' betichte M. krijgt een prachtige bos rozen thuisbezorgd en telefonisch oprechte excuses. Vanmiddag mag hij die laatste live nog een keer dunnetjes overdoen.