Twee bewoonsters nippen in het
zitje bij het zijraam aan hun Pickwick thee. Ria, in trendy fuchsiakleurig broekpak,
ziet Hedy’s zachtgroene twinsetje waar alle knopen ontbreken. Hedy heeft geriatrische klachten en haalt compulsief
van al haar kleding de knopen af. Hoe en waarom Hedy alle knopen van haar kleding al friemelend verwijdert, is en blijft voor familie en verzorging een raadsel; haar dochter is inmiddels gestopt met knopen aanzetten.
Ria tegen Hedy: ‘Ken jij die belegen 1
aprilgrap nog dat we de kinderen toen ze klein waren tevergeefs naar de fourniturenzaak stuurden
voor een zakje knoopsgaten?’ Hedy volgt de ogen van Ria naar haar knopenloze vestje. Denkt
na. Dan laconiek: ‘En nu kun je zelfs geen knopen meer kopen.’ Ria schiet in de
lach: ‘1 april?!’ Humor verbindt, humor relativeert. Ze giebelen als schoolmeisjes.