Quirinus
De naam spreekt boekdelen
Verwant aan scheppende rituelen
Gelijkend als Lincoln zit hij monumentaal
Weerspiegelen levensjaren zijn gelaat
Jeugd gaat voorbij langs Waal, dijk en hek
Verder wonend in heuvelland daaronder
Quirinus knipt kaartjes in denderende treinen
Is leidinggevend op perron en langs baan
Nergens zijn levenssporen uitgewist
Door een ieder die hem goed kent
Zijn heil is de tuin in bloeiend groen
Met nachtschade, prei en selderij
Ziet Quirinus er ochtenddauw
Onttrekkend daglicht aan schemer
Hij ziet de wereld door eigen blik
En blijft ie lekker waar hij nu zit