woensdag 30 januari 2019

KAMERVRAGEN



Dag van het werkplezier in de zorg


Haar dienst zit erop. Voordat ze huiswaarts keert, wipt de verpleegkundige aan bij pappi. Ze merkt hoe zeer hij in de war is. De vaste kamervragen komen voorbij: 'Ben ik in mijn eerste of in mijn tweede huis, zijn deze meubels [hij noemt ze stuk voor stuk op] van mij?’ Enzovoorts. De ouderdom slaat telkens onaangekondigd en genadeloos toe. De verpleegkundige doet spontaan haar winterjas uit en haalt een kopje thee voor hen beiden. Ze legt de dobbelstenen en het blaadje voor de puntentelling neer: 'We doen een spelletje Yahtzee. Daar houdt u zo van.’ Pappi vindt het magnifiek. De aandacht van ‘bezoek’ en omdat hij spelletjes ALTIJD wint; je hoeft geeneens te foetelen. Hij gooit met gemak een ‘omni’ (5 dezelfde) of 'een grote straat' als dat de twee laatste vakjes zijn die nog moeten worden ingevuld. En hoofdrekenen dat hij dan kan! Ergerlijk, maar dat laat je niet merken, want Pappi lacht zich een kriek. Het daarmee gepaard gaande geluksstofje bewerkstelligt het beoogde effect in zijn hersenen. Pappi is weer bij de positivo’s, zoals hij dat noemt. De verpleegkundige verliest met slechts 6 punten, wat best een goede score is. Maar dat komt volgens de euforische winnaar, omdat hij de dobbelstenen in de beker voor haar heeft voorgesorteerd! 


NB Het is niet mijn bedoeling om te promoten dat medewerkers in de zorg zich verplicht voelen om ook voor of na werktijd te vrijwillig te zorgen. Het is puur de spontaniteit die ik zo hartverwarmend vind.