maandag 9 mei 2022

BUSJE KOMT ZO

regiotaxi


Ank woont in haar kinderjaren. In de serre waar de sleetse klok de tijd wegtikt, sorteren we kraaltjes en accessoires om ooit sieraden te maken. Ank: 'Is het al half zes? Oho. Straks zwaait er wat. Ik had allang thuis moeten zijn. Als jij me brengt ben ik misschien nog op tijd voor de soep.' Ik pols in hoeverre ik mee moet gaan in haar beleving: 'Ik ben met de fiets en ik kan u niet in het kinderzitje zetten.' Volledig in haar eigen gedachten reageert ze erop met: 'Mama zal wel denken, waar blijft Ank.' 

Ank gaat in de lades die onder de grote tafel gemonteerd zijn, rommelen. Hardop spreekt ze haar gedachten uit: 'Pas. Waar is mijn pas? Geen pas.' Ik moet even schakelen. Dan gaat het lampje branden: Ank heeft een oplossing bedacht voor haar vervoerprobleem. Voorheen - toen ze nog zelfstandig op stap kon - nam ze geregeld de regiotaxi. 'Helaas' vindt ze haar verlopen pas. Helaas, want nu moet ik antwoorden dat de regiotaxi geen optie meer is. 

Ze lost het zelf op: 'Nu nog een telefoon.' Ze zucht: 'Geen telefoon. Heb jij een telefoon?' Ik schud begaan van nee. Ank gelaten: 'Hoe laat is het inmiddels?' Ik lieg acht uur.  Zij: 'Dan gaat het over. Dat is laat. Tijd voor koffie.' Moi: 'Zal ik een kopje koffie zetten?' Zij lief vragend: 'Wil je doen?' Even later babbelen we gezellig over van alles en nog wat met een dampende mok op tafel en een koekje in de hand.

Een Saar snapt wat nodig is!