maandag 8 februari 2016

SALON SPELEN


Ooit wars van getuttel, mag Q. zich tegenwoordig graag laten vertroetelen. Favoriet is kapsalon spelen. Mijn vader neemt plaats op een zetel die dienst doet als knipstoel. De thuiskapster (ik) drapeer een heuse kapmantel om hem heen - als ik iets doe, doe ik het goed. Na het kortwieken en tondeuse scheren, krijgt hij een schoonheidsbehandeling. Die bestaat uit een ontspannende hoofd- en gezichtsmassage, en een wit doorschijnend maskertje tegen veroudering. Omdat het vochtinbrengende anti-rimpel masker was uitverkocht, nam ik een ontspannend groene thee papje. Het moest minimaal twintig minuten blijven zitten. Q, ongeduldig op de stoel wippend, vroeg of hij ondertussen de krant uit de brievenbus kon halen. ‘Tuurlijk’, antwoordde ik met pretoogjes. Weer terug, klonk het verbouwereerd: ‘In de corridor en in de lift keken de mensen me allemaal zó raar aan.’ ‘Kijk eens in de spiegel’, giechel ik. Mijn vader, die totaal vergeten was dat hij een maskertje droeg, schrikt zich een hoedje: ‘Mijn hele gezicht is besmeurd met groene smurrie, en jij stuurt mij zo geschminkt naar beneden! Wat een gekke Jutta ben je ook’, lacht hij. ‘Het is carnaval, pappi!